geologische geschiedenis van de aarde

De aarde werd evenals de rest van het zonnestelsel gevormd uit een schijf van stof rond de jonge zon. In het begin was de aarde zeer heet, misschien vloeibaar, maar hij koelde snel af. De dampkring ontstond en oceanen werden gevormd. Leven in de vorm van eencelligen was er al toen de aarde 3,5 miljard jaar oud was. Van dieren met harde skeletten en schelpen zijn fossiele overblijfselen gevonden vanaf ongeveer 570 miljoen jaar geleden.
De geologische tijd wordt ingedeeld in grote hoofdtijdperken, die weer onderverdeeld worden in perioden en vervolgens in series. Klimaat, gebergtevorming en de evolutie van het leven worden in een geologische tabel weergegeven en worden gebruikt als indicatie voor een volgend tijdperk.
De hoofdtijdperken zijn het Azoïcum (tijdperk zonder leven), het Paleozoïcum (tijdperk van het 'oude' leven), van 570 tot 225 miljoen jaar geleden, het Mesozoïcum (de middentijd), van 225 tot 65 miljoen jaar geleden en het Kenozoïcum, (tijd van het 'nieuwe' leven) van 65 miljoen jaar geleden tot nu.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Welke jong gestorven schilder maakte het schilderij De stier?


JUIST!NIET JUIST!

Paulus Potter

clair-obscur

(Frans: licht-donker) Term in de schilderkunst voor de stijl met sterke contrasten tussen licht en schaduw, waarbij veel licht valt op wat de schilder het belangrijkste element in de afbeelding vindt. Ook wel chiaroscuro genoemd.