Ausdruckstanz
Vooroorlogse, invloedrijke (vooral in Duitsland), op gevoelsexpressie gerichte vorm van moderne dans, evenals het ermee vergelijkbare Amerikaanse dansexpressionisme opgekomen in de jaren '20 van de 20ste eeuw. Kenmerkend zijn de gebroken lijnen van armen en benen, alsook gekromde houdingen en nadruk op arm- en handbewegingen; spreekwoordelijk zijn de indringende uitbeeldingen van smart en lijden. Als geestelijke vader en moeder gelden Rudolf Laban (als theoreticus; 1879-1958) en Mary Wigman (als solodanseres en grondlegster van vele scholen; 1886-1973). Labans leerling Kurt Jooss (danser, choreograaf en pedagoog; 1901-1979) vormde na de Tweede Wereldoorlog als leider van de dansopleiding te Essen generaties moderne-danskunstenaars (onder wie Pina Bausch en Krisztina de Châtel). Jooss' De groene tafel, enig klassiek geworden stuk van de Ausdruckstanz, behoort tot het repertoire van menig balletgezelschap. Laban vluchtte voor de nazi's en vestigde zich in Engeland waar hij de grondlegger werd van de 'educational dance', in Nederland bekend als dansexpressie.
Wie schreef het sprookje 'De nieuwe kleren van de keizer'?
gulden snede
Verdeling van een lijnsegment in twee delen, zodanig dat het kleinste stuk staat tot het grootste als het grootste tot het geheel. Wordt wel gezien als de ideale verhouding bij de toepassing van architectonische ontwerpen. Opvallend is hoe vaak gulden-snedeverhoudingen worden aangetroffen in als geslaagd gekenschetste bouwwerken.
Zie ook hoofdstuk Wiskunde en Beeldende kunst tot de Renaissance
