Auguste Comte

(1798-1857) Franse filosoof, belangrijkste vertegenwoordiger van het positivisme in de 19de eeuw. Zijn leer is te herleiden tot twee fundamentele gedachten, de ene heeft betrekking op de geschiedenis van de mensheid, de andere op de indeling van de wetenschappen. De menselijke geest doorloopt in zijn ontwikkeling drie stadia: het theologische, waarin alles door verwijzing naar bovennatuurlijke krachten wordt verklaard; het metafysische, waarin alles met behulp van abstracte begrippen (kracht, doel, oorzaak enz.) wordt verklaard, en het positieve, waarin alleen op grond van observatie en experiment regelmatigheden in de verschijnselen worden vastgelegd. In het eerste stadium heersen de priester en de krijger, in het tweede de filosoof en de rechtsgeleerde en in het derde de wetenschapper en de industrieel. Comte stelt een rangorde binnen de wetenschappen vast. De basis wordt gevormd door de wiskunde, dan volgen de astronomie, de natuurkunde, de scheikunde, de biologie en ten slotte als koningin der wetenschappen, de sociologie. Elke wetenschap veronderstelt de kennis van de vorige, maar voegt er nieuwe beginselen aan toe en richt zich op een nieuw, ingewikkelder object. Het systeem der wetenschappen, dat Comte voor de eeuwigheid had ontworpen, is geen lang leven beschoren geweest. Wel hebben de methodische principes van het positivisme als basis gediend voor het neopositivisme.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Welke adellijke familie speelde de hoofdrol in De scharlaken stad van Hella Haasse?


JUIST!NIET JUIST!

Borgia

Tradities > Nederlandse tradities

ooievaar

Geluksbrenger. De terugkerende ooievaars werden gezien als voorboden van de lente. En als een paar op een dak van een huis nestelde, geloofde men dat de bewoners een voorspoedig jaar tegemoet gingen. De ooievaar als brenger van kindertjes stamt uit Duitsland en is pas begin negentiende eeuw naar Nederland overgewaaid. Het paste wel bij de tijd dat nog niet openlijk over seksualiteit en geboorte werd gesproken. De gewoonte om als een kind is geboren een houten ooievaar in de tuin te zetten komt ook uit Duitsland maar is in Nederland van later datum, zo begin twintigste eeuw.