Frankische Rijk

Frankische Rijk: In de derde eeuw vestigden de Franken, een van oorsprong Germaanse stam, zich in het gebied ten zuiden van de Rijn. De grote uitbreiding kwam pas tijdens de regeerperiode van de Merovingische koning Clovis. Hij verenigde de Frankische stammen en heerste over het grootste deel van het gebied dat de Romeinen Gallië noemden. Na zijn dood erfden zijn vier zonen ieder een deel van het Frankische Rijk, dat daardoor in vier delen uiteenviel. Sommige Merovingische vorsten slaagden erin om het gezag uit te oefenen over het gehele Frankische Rijk en het uit te breiden. Zo werd onder Dagobert (603-639) het Frankische Rijk uitgebreid. In 751 werd de laatste Merovingische koning afgezet en kreeg het hoofd van de paleishuishouding (hofmeier) Pepijn III de kroon van het Frankische Rijk. Hij werd de eerste Karolingische vorst. Onder zijn zoon Karel de Grote kwam het Frankische Rijk tot grote bloei. Het Frankische Rijk strekte zich op zijn hoogtepunt uit van Noord- Duitsland tot de Pyreneeën en midden-Italië en van West-Frankrijk (uitgezonderd Bretagne) tot het huidige Karinthië in Oostenrijk. Na de dood van zijn zoon Lodewijk de Vrome, werd in 843 bij het Verdrag van Verdun het Frankische Rijk verdeeld over zijn drie nog in leven zijnde zonen. Door verdere erfdeling raakte het Frankische Rijk versnipperd en viel het uiteindelijk uiteen in verschillende koninkrijken.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Welke schrijver uit de Griekse oudheid schreef fabels zoals De haas en de schildpad?


JUIST!NIET JUIST!

Aesopus

Geschiedenis: Oudheid > gebieden, steden, rijken, volkeren

Byzantijnse Rijk

Het Byzantijnse Rijk was een Romeins keizerrijk met Constantinopel (= stad van Constantijn, later Byzantium en door de Turken Istanboel genoemd) als hoofdstad. De stad werd in 330 n. Chr. door Constantijn de Grote gesticht als de nieuwe hoofdstad van het Romeinse Rijk, waarvan het oostelijke, Griekssprekende deel op dat moment het meest welvarend en dichtstbevolkt was. In 395 deelde keizer Theodosius I het Romeinse Rijk op in een oostelijk deel, bestuurd vanuit Constantinopel (later Byzantijnse Rijk genoemd) en een westelijk deel, eerst bestuurd vanuit Rome, vanaf 402 vanuit Ravenna. Het Byzantijnse Rijk omvatte op zijn hoogtepunt delen van Europa, Klein-Azië, Palestina en Noord-Afrika. Tot in de elfde eeuw bleef het een grote mogendheid met Byzantium als grootste stad van Europa en het Midden-Oosten. Het rijk was tijdelijk in handen van westerse kruisvaarders (dertiende eeuw) en werd definitief veroverd door de Turken in de vijftiende eeuw. De heerschappij van de Byzantijnse keizer over kerk en staat was bijna absoluut.

Zie ook Byzantijnse kunst en kruistochten.