tienden
Tienden waren een kerkelijke belasting van tien procent, geheven op de opbrengst van de grond en van de veeteelt, gebaseerd op onder andere het bijbelboek Leviticus 27: 30. 'Ook is alle tiende van het land, van het zaad des lands, van de vrucht van het geboomte, van den Here.'
De tienden, door Karel de Grote algemeen ingevoerd, waren bestemd voor het onderhoud van de armen, het kerkgebouw en de pastoor. Zij raakten echter dikwijls in andere handen.
Welke adellijke familie speelde de hoofdrol in De scharlaken stad van Hella Haasse?
ooievaar
Geluksbrenger. De terugkerende ooievaars werden gezien als voorboden van de lente. En als een paar op een dak van een huis nestelde, geloofde men dat de bewoners een voorspoedig jaar tegemoet gingen. De ooievaar als brenger van kindertjes stamt uit Duitsland en is pas begin negentiende eeuw naar Nederland overgewaaid. Het paste wel bij de tijd dat nog niet openlijk over seksualiteit en geboorte werd gesproken. De gewoonte om als een kind is geboren een houten ooievaar in de tuin te zetten komt ook uit Duitsland maar is in Nederland van later datum, zo begin twintigste eeuw.