Hongaarse opstand van 1956

De Hongaarse opstand vond plaats in oktober-november 1956. Het begon als vreedzame demonstratie van studenten in Boedapest tegen de Russische overheersing sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog maar liep al gauw uit op een demonstratie richting het parlementsgebouw waar tienduizenden zich bij aansloten. Op een plein in het centrum werd een standbeeld van Stalin omver getrokken, de eerste keer dat zoiets in de door het Sovjet-regiem bezette staten gebeurde. Het Hongaarse leger deelde wapens uit aan de opstandelingen. Die vielen daarmee de gebouwen van de geheime politie aan en drongen binnen in het parlementsgebouw. De Russische troepen die zich aanvankelijk uit de stad hadden teruggetrokken kregen bevel de opstand neer te slaan. Tegen de binnenrukkende tanks was men niet opgewassen al werden er tientallen met Molotovcocktails onschadelijk gemaakt. Ongeveer 2500 Hongaarse burgers verloren het leven. Veel Hongaren vluchtten naar het buitenland, ook naar Nederland.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Wie schreef het sprookje 'De nieuwe kleren van de keizer'?


JUIST!NIET JUIST!

Hans Christian Andersen

gulden snede

Verdeling van een lijnsegment in twee delen, zodanig dat het kleinste stuk staat tot het grootste als het grootste tot het geheel. Wordt wel gezien als de ideale verhouding bij de toepassing van architectonische ontwerpen. Opvallend is hoe vaak gulden-snedeverhoudingen worden aangetroffen in als geslaagd gekenschetste bouwwerken.
Zie ook hoofdstuk Wiskunde en Beeldende kunst tot de Renaissance