blokfluit
Houten blaasinstrument, dat de fluitist, in tegenstelling tot de dwarsfluit, recht voor zich houdt. met name veel gebruikt van de twaalfde tot en met de achttiende eeuw. Werd verdrongen door de dwarsfluit, maar kwam in ons land terug, vooral in de huiselijke muziekkring. Er bestaan versies in verschillende grootte en toonomvang, tenor, alt en sopraan.
Welke adellijke familie speelde de hoofdrol in De scharlaken stad van Hella Haasse?
gulden snede
Verdeling van een lijnsegment in twee delen, zodanig dat het kleinste stuk staat tot het grootste als het grootste tot het geheel. Wordt wel gezien als de ideale verhouding bij de toepassing van architectonische ontwerpen. Opvallend is hoe vaak gulden-snedeverhoudingen worden aangetroffen in als geslaagd gekenschetste bouwwerken.
Zie ook hoofdstuk Wiskunde en Beeldende kunst tot de Renaissance