Amsterdams Impressionisme

Deze term raakte in zwang voor een aantal, aan het eind van de 19e eeuw, in en rond Amsterdam werkende kunstenaars, onder wie George Hendrik Breitner, Isaac Israëls, Jacobus van Looy, Suze Robertson, Floris Verster en Willem Witsen. Zij gebruikten niet de vrolijke kleuren van de Franse impressionisten, noch het zilvergrijs van de Haagse School, maar brachten hun onderwerpen, vooral stadsgezichten, stillevens en portretten, in donkere kleuren en zware penseelstreken. Allen waren zij leerling van August Allebé. Als meest typerend voor dit impressionisme wordt het werk van Breitner gezien.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Welke Haarlemse schilder uit de Gouden Eeuw werd bekend om zijn portretten?


JUIST!NIET JUIST!

Frans Hals

Media > print, radio en televisie

mediacratie

Term om aan te geven dat politieke opvattingen en voorkeuren steeds meer worden beïnvloed door de manier van optreden van politici op de televisie en steeds minder door partijprogramma\'s. Samentrekking van media en democratie. Daarom ook wel tv-democratie genoemd.