Robbedoes en Kwabbernoot
(1938/1951, Jijé/Franquin) Humorserie rond twee jonge avonturiers. Nadat André Franquin in 1951 de strip overneemt van Jijé (pseudoniem van Joseph Gillain) ontwikkelt hij een zeer originele tekenstijl en humor, die verder opbloeit bij zijn antiheld Guust Flater: de uitvinder en levensgenieter die ook nog verantwoordelijk is voor de onbeantwoorde post bij uitgeverij Dupuis.
Welke adellijke familie speelde de hoofdrol in De scharlaken stad van Hella Haasse?
ooievaar
Geluksbrenger. De terugkerende ooievaars werden gezien als voorboden van de lente. En als een paar op een dak van een huis nestelde, geloofde men dat de bewoners een voorspoedig jaar tegemoet gingen. De ooievaar als brenger van kindertjes stamt uit Duitsland en is pas begin negentiende eeuw naar Nederland overgewaaid. Het paste wel bij de tijd dat nog niet openlijk over seksualiteit en geboorte werd gesproken. De gewoonte om als een kind is geboren een houten ooievaar in de tuin te zetten komt ook uit Duitsland maar is in Nederland van later datum, zo begin twintigste eeuw.