theaterruimte

De ruimte waarin publiek en acteurs zich bevinden is door de eeuwen heen nogal veranderd. Sinds de Renaissance speelt en kijkt men vooral binnenshuis. In de vorm van de ruimte zijn 2 hoofdsoorten te onderscheiden: een ruimte waarin publiek en acteurs van elkaar gescheiden zijn (schouwburg, ook grote zaal genoemd) en waar men via een omlijsting naar de acteurs kijkt (een lijsttoneel); en de zogeheten vlakke‑vloertheaters, waarin acteurs en publiek zich in één ruimte bevinden en de toeschouwers meestal op een tribune zitten. Dit type theater wordt ook wel aangeduid met middenzaal, kleine zaal of studiotheater. Generaliserend kan men zeggen dat lijsttonelen stammen uit de tijd waarin theatermakers wilden suggereren dat men via een 'vierde wand' naar de werkelijkheid keek. In vlakke‑vloerzalen kan die afspraak gemakkelijker in twijfel worden getrokken. Het theater van de afgelopen decennia heeft daar dankbaar gebruik van gemaakt. Daarnaast worden ook bestaande gebouwen als theater gebruikt, waarbij men de specifieke eigenschappen en sfeer van de ruimte benut: locatietheater.

Quizvraag v/d week

Woord v/d week

Meest gezocht deze week

Wie schreef het sprookje 'De nieuwe kleren van de keizer'?


JUIST!NIET JUIST!

Hans Christian Andersen

gulden snede

Verdeling van een lijnsegment in twee delen, zodanig dat het kleinste stuk staat tot het grootste als het grootste tot het geheel. Wordt wel gezien als de ideale verhouding bij de toepassing van architectonische ontwerpen. Opvallend is hoe vaak gulden-snedeverhoudingen worden aangetroffen in als geslaagd gekenschetste bouwwerken.
Zie ook hoofdstuk Wiskunde en Beeldende kunst tot de Renaissance